De Islamitische denker die de wetenschap onderuit haalde

Al-Ghazali was een islamitische denker die de wetenschap zo’n mokerslag toediende dat-ie ‘m tot op de dag van vandaag nauwelijks te boven is gekomen.

Vergeten Islamitische denker

Als je op straat iemand met een Islamitische achtergrond vraagt naar een Islamitische denker, dan noemt-ie waarschijnlijk Al-Ghazali.

Ghazali is de David Hume van de Islamitische traditie. Hij gebruikt de skeptische methode in z’n filosofie. Met als belangrijk verschil: Ghazali werd er geloviger van terwijl Hume zo atheistisch bleef als hij al was.

Bagdad: aan het hof

In de tijd van Al-Ghazali (de 11e eeuw, in de stad Bagdad) was de Islamitische wetenschap tot grote hoogten gestegen. Via wiskunde en experiment legde men de basis voor wat in het westen later de wetenschappelijke revolutie werd. De natuur, geloofden veel Islamitische wetenschappers, zit tjokvol wetten en patronen. En we willen ze allemaal weten. En af en toe was er een denker die zei: en God dan? Al-Ghazali was zo’n Islamitische denker.

Skepsis

Ghazali had een topbaan in de hoogste regionen van de Islamitische maatschappij, maar op een dag hield hij ermee op en vertrok. Gekweld door sceptische twijfel. Al die filosofische redeneringen en al die wetenschappelijke vooruitgang: had het nog zin om in God te geloven?

Ghazali sloot zich naar eigen zeggen twee jaar op in een toren van een moskee in Damascus om te mediteren. Daar, in die toren misschien wel, bedacht hij een argument dat in één keer alle filosofie en wetenschap onderuit schoffelde.

Zagen aan de wetenschap

Is er een filosoof of wetenschapper, vroeg Ghazali, die mij kan uitleggen hoe ik zeker weet dat morgen de zon op komt? Het enige dat ik weet is dat het tot nu toe altijd zo geweest is. Maar dat is geen garantie voor de toekomst. Op basis waarvan passen we een causale gevolgtrekking toe op de zonsopgang van morgen?

Hume zei het later zo (zie een eerder blog): wie legt mij uit hoe je weet of twee opeenvolgende gebeurtenissen causaal iets met elkaar te maken hebben? Als een steen beweegt nadat ik er tegenaan schop, is dat dan een garantie dat het een door het ander komt?

Stel je eens voor dat er in een land tegelijk een afname van boerenkoolproductie en een daling van kindercijfers wordt gemeten. Dan is er niemand die zegt: minder boerenkool is een verklaring voor minder kinderen. Maar op basis waarvan doen we dat bij die steen dan wel? Of is het net zo weinig zeker als de zonsopgang van morgen?

Spirit

Er is geen wetenschapper, zeggen Ghazali en Hume, die mij kan vertellen dat causaliteit een geldig principe is. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst en bij de steen of bij de boerenkool hangt geen bordje: ‘causaal’ of ‘niet-causaal’. Hoe kan ik het dan zeker weten?

Ghazali zei: goeie reden om niet te veel waarde te hechten aan filosofie en wetenschap. En hij werd mysticus en wijdde zijn leven aan God.

Hume zei: inderdaad een goeie reden voor skepsis. Maar ja, causaal denken is soms wel handig, dus gooi m’n boek maar in de haard. Hij ging een biertje drinken.

Meer

Het argument van Ghazali en Hume is moeilijk te weerleggen. Zie hieronder nog een verduidelijkend filmpje.

Klootzak Hume

De filosoof David Hume was een skepticist. Vandaag zouden we misschien wel zeggen: een klootzak. Hij voerde sommige gedachtengangen zo ver door dat hij conclusies trok los van enige praktische relevantie. Had-ie maar een vrouw gehad, dan was het niet zo uit de hand gelopen.

‘Zekerheid in de wetenschap bestaat niet’. Zei hij bijvoorbeeld. ‘Want causaliteit is een illusie’. Hoe weet je zeker dat als je elke dag de zon ziet opgaan, dat’ie dan morgen weer op gaat? Of hoe weet je dat als Maurice de Hond een opiniepeiling doet onder 10% van de bevolking, dat dat representatief is voor de gehele bevolking? Dat weet je niet, zegt Hume.

Je ziet elke dag de zon op gaan, waardoor je denkt: dat zal morgen wel weer zo zijn. Maar is dat zeker? Alle zwanen die jij in je leven hebt gezien zijn wit, dus je denkt: een zwaan is altijd wit. Maar is het zeker? Totdat jij alle zwanen ter wereld hebt gezien en totdat jij morgen hebt meegemaakt dat de zon weer opkomt, is het niet zeker. Zegt Hume.

Maar dat gaat niet, zul je zeggen, je kunt niet alle zwanen zien. En dat zegt de wetenschap ook, net als Maurice de Hond. Dus doen wetenschappers en opiniepeilers steekproeven. En van die steekproeven zeggen we: wat voor deze groep geldt, zal ook wel gelden voor de rest van de groep. Inductie heet dat. Klaar.

Sorry, zegt Hume, maar je kunt niet zeker weten dat inductie altijd werkt? Hoe weet je zeker dat als je iets vaak ziet dat het daarmee altijd zo is? Dat weet je niet.

Je hebt er eigenlijk geen zak aan, aan deze constatering. Hoewel Hume eigenlijk gewoon gelijk heeft, is het zo onpraktisch als maar kan. Zo kun je niet leven. Als je er niet vanuit kunt gaan dat de zon morgen opkomt, of dat je kopje koffie op de grond valt als je het los laat in de lucht, dan kun je niet leven.

Het maakte Hume niets uit. Klootzak Hume. Had-ie maar een vrouw gehad, dan was het misschien nog goed met ‘m afgelopen.

bron: https://www.facebook.com/PhilosophyMttrs/photos/a.305663529533101.58006.305644206201700/701379559961494/?type=3&theater

bron: https://www.facebook.com/PhilosophyMttrs/photos/a.305663529533101.58006.305644206201700/701379559961494/?type=3&theater