Nietzsche en de geit-mens

Mislukte filoloog wordt filosoof

Nietzsches academische carriere begon als filoloog, een kenner van oude Griekse en Romeinse teksten. Maar als professor in Basel schreef hij een boek dat z’n collega’s zo bizar vonden, dat Nietzsche maar voorstelde dat hij beter als professor in de filosofie door het leven zou kunnen gaan. Zijn filologische carrière was over.

Maar het fascinerende verhaal dat Nietzsche opschrijft (en zijn collega’s zo bizar vonden) is een interessante ingang in z’n filosofie.

De twee goden in ons binnenste

Nietzsche beschrijft de geschiedenis van Griekse tragedies als een metafoor van het menselijk bestaan. De oude tragedies vertelden over de menselijke strijd tussen twee goddelijke neigingen.

De ene neiging was die van Apollo, de god van orde, progressie en redelijkheid. En de andere neiging was die van Dionysos, de god van dronkenschap, chaos, emotie en extase. Wij mensen balanceren altijd tussen die twee neigingen en proberen ze in evenwicht te houden, zegt Nietzsche. En een goede tragedie laat dat haarfijn zien.

detail Bacchus (Dionysos) met Satyr

detail Bacchus (Dionysos) met Satyr

Geit-mens

Het verhaal wordt nog fascinerender. Nietzsche stelde dat de tragedies werden opgevoerd door een koor van mensen die verkleed waren als geit-mensen (Satyrs),mythische wezens met een mensenlichaam, en de poten, horens en staart van een geit. (Of Nietzsche gelijk heeft, is moeilijk aan te tonen, maar het woord ‘tragedie’ komt voort uit de Griekse woorden ‘geit’ en ‘lied’).

Waarom waren de koorzangers verkleed als Satyrs?

Nietzsche stelt dat het koor eigenlijk een spiegel voor het publiek is. Tijdens het theaterstuk worden mensen een met het koor – het koor verwoordt hun gedachten.

De keurige burgers die het theater bezoeken identificeren zich met een soort voor-mens-achtig wezen en stappen zo af van hun keurigheid. De Satyrs dwingen hen om uit hun keurige rol te stappen en op zoek te gaan naar de grond van hun menszijn.

Monster

Dionysos en Apollo, chaos en orde, emotie en verstand – wij mensen zijn beide in een, volgens Nietzsche. Allebei de neigingen moeten met elkaar in balans zijn. We moeten niet te keurig worden, want dan onderdukken we de Dionysos. Maar we moeten ook niet losgelagen worden, dan blijft er van Apollo niets over.

Dit thema komt veel terug in Nietzsche’s filosofie. De zoektocht naar de nieuwe mens en de strijd tegen enkel maar keurigheid. Want wee de mens, die zich door burgerlijke keurigheid laat leiden! Keurigheid is een masker dat je af en toe moet afzetten om het monsterlijke deel van jezelf goed te kunnen zien.